Seks in pieken en dalen

We kennen elkaar van de middelbare school. Ze droeg, toen ik haar enkele jaren geleden weer voor het eerst ontmoette, een modieuze bril, lang sluik haar en ze keek me vrolijk aan. We kwamen elkaar destijds bij toeval tegen op straat. Ze riep mijn naam, ik draaide me om en herkende haar eerst niet. “Ben jij het?”, vroeg ik toen ik dichterbij kwam en de herinnering aan destijds zich aan mij openbaarde. Ik sprak haar wel eens, maar had totaal niet in de gaten dat die conversaties voor haar belangrijk waren. Het klopt ook wel dat mijn interesse altijd al meer heeft gelegen bij wat mensen echt bezighoudt, dan bij ditjes en datjes. Dat werd voor mezelf nog meer zichtbaar toen we na die ontmoeting contact onderhielden via social media.

Ze heeft een vriend en een hond. Het gaat haar goed. Ze oogt nog altijd als een opgeruimd type, met haar ogen op de wereld gericht. We hebben elkaar opnieuw leren kennen. Ze heeft me gezegd dat ik één van de weinigen was waar ze vroeger echt mee sprak. We voelden blijkbaar aan dat we in hetzelfde schuitje zaten, met de naam The Depression. In de over en weer berichtjes laat ik blijken heel open te zijn over de onzichtbare, en de daarom zo vaak onbegrepen, psychische ziekte. Die me nog wel eens opspeelt, maar door medicatie toch behoorlijk stabiel blijft. Dat ik het taboe daaromtrent doorbreken wil. Ze is het daar mee eens en staat me, nadat ik haar vertelde over mijn schrijverij voor Ilvy, een interview toe over depressies en seks. We spreken af op een terrasje. Het wordt meer een gesprek dan een ondervraging.

Taboe doorbreken, denk je dat het ons echt gaat lukken?

Lachend: “Dat zou wat zijn, maar zo ver zullen we niet komen. Maar meer begrip zou al heel wat zijn. Met zowel seksualiteit als depressies, je ziet het probleem niet aan de buitenkant. Verlies een arm of een been en iedereen komt je te hulp en doet z’n best om humaan over te komen. Zo ver dat zij die zo worden benaderd dan weer erover klagen dat ze te zielig worden gevonden”.

Het is ook niet echt zichtbaar wat er scheelt als je vrolijk bent.

“Dan vertel je iets over jezelf toch? Jij altijd met je lach die door de gangen van de school klonk. Het was voor mij ook verrassend dat jij onder depressies leed. Toch moeten we het van elkaar hebben aangevoeld. Anders waren er misschien nooit met elkaar over in gesprek geraakt. Maar herkennen doe ik het ook wel, want volgens mij zijn wij beide meester toneelspelers. Zoiets als de verdrietige clown, altijd maar lachen, maar ondertussen aan het leven lijden”.

We hebben elkaar nu verteld dat we bij GGZ hebben gelopen, maar uiteindelijk permanent aan de antidepressiva te zijn. Wat vind jij daarvan?

“Dan kom je bij de reden waarom ik het goed vind dat je dit opneemt. Ik wil er dingen over vertellen, waar mensen niet bij stil staan. Dat je nu dan wel boven Jan (ze kijkt me glimlachend aan bij het noemen van mijn naam) bent, maar dat dit niet zonder gevolgen is. Ook niet als het om seks gaat”.

Ik weet er alles van, maar vertel jij maar verder.

“Het wennen aan de goede medicatie, dat was voor mij een heel traject. Had ik het ene medicijn dan hielp het niks tegen mijn depressies, daar werd ik alleen maar zwaarder van. Van het andere kreeg ik hartkloppingen, pas na van alles uitgeprobeerd te hebben in verschillende doseringen leek het volgende goed te werken”.

Had jij, net als ik, dat je de eerste weken schokkend in bed kon liggen door de medicijnen?

“Dus dat had jij? Nee, dat niet, maar ik heb wel tijden gehad dat ik het bed bijna niet meer uitkwam. Maar uiteindelijk kreeg ik meer energie en begon ik periodes te krijgen dat het redelijk opgeruimd in mijn hoofd was. Dat was heerlijk, dat was voor mijn vriend ook een hele opluchting. Want dat vind ik dus: als je aan zoiets lijdt, lijdt je partner met je mee. Van hem kreeg ik al die tijd begrip en steun. Maar maanden en maanden verder begon wel steeds meer op te vallen dat ik het vrijen vermeed. Ik had, voordat ik aan de Paroxetine was, behoorlijk vaak zin. Nu zakte dat helemaal in. Dan was het kusje, omdraaien en slapen. Mijn vriend accepteerde dat eerst wel, maar hij als gezonde man hield dat natuurlijk niet eeuwig vol”.

Hoe heb je dat opgelost? Of bestaat het probleem nog steeds?

“Als het om de medicatie gaat, ik heb het probleem gemeld bij mijn behandelaar en in overleg is besloten om over te gaan op Mirtazapine. En het klopt dat de zin nu weer wat beter is, al is het niet meer zoals vroeger. Misschien kan ik dat ook niet meer verwachten, nu ik ouder ben. Dat het probleem niet meer zo urgent is komt daar echter niet alleen doordat ik nu een ander medicijn gebruik. Mijn vriend en ik hebben ook met een seksuoloog gepraat. Die heeft ons doen inzien dat verschillen in behoefte heel gewoon zijn en dat alle aanrakingen en aandacht bij seks horen. Je hoeft niet te neuken of klaar te komen, wil het seks zijn.”

Dat kan voor jou bevredigend zijn, maar komt je vriend dan nog wel aan zijn trekken, om het maar even zo uit te drukken.

“Als hij echt even klaar wil komen, dan help ik hem met de hand, of ik pijp hem naar een hoogtepunt. En wil hij het bij een pornofilmpje halen, ik vind het best hoor. Daar praten we gewoon over. En ik help mezelf ook wel eens. Dat is ook geen vrijen te noemen, want dat is als vroeger: kom ik aan mezelf dan ben ik in een paar minuten klaar, ha ha ha. Het lijkt op behelpen, maar voor ons voldoet het. Sterker nog: we kunnen er soms smakelijk om lachen. Dan hoor ik allerlei geluiden van de film in de slaapkamer. Komt hij later de woonkamer in en vraag ik of het lekker was. Best hilarisch eigenlijk.”

Zoals je het nu vertelt is er dus geen vuiltje aan de lucht. Klopt dat?

”Bij ons werkt het zo. Maar ik besef heel goed dat ik geluk heb met mijn vriend. En dat de uitwerking van mijn medicatie naar tevredenheid is. Er zullen ook vast problemen ontstaan. Dat is wat ik dus zo graag wil zeggen: mensen die horen dat ik antidepressiva gebruik en ik weer “echt leef” denken: nou dat is dan mooi opgelost. Zo is het niet. Natuurlijk had ik, als ik kiezen kon, dat onstuimige seksleven van vroeger nog gehad. Maar dat is een utopie, dat komt niet weer. En ontstaat er een enorme scheve verhouding als het om seks gaat, dan kan dat wel degelijk gevaarlijk voor het voortbestaan van de relatie zijn. Dat seks in pieken en dalen plaatsvindt, dat heeft iedereen wel. Maar blijft het maar steeds uit, of merk je dat je partner het vermijdt, dan is het tijd voor actie”.

En dus?

“Het taboe doorbreken moet niet één of ander principe zijn. Het moet ertoe leiden dat mensen de noodzaak van praten in gaan zien. Het niet benoemen of wegredeneren leidt tot problemen die zo groot worden dat ze niet meer zijn op te lossen. Een taboe doorbreken is geen doel op zich. Het zou gewoon moeten zijn om over gevoelens te praten. En dat de gang naar de huisarts, een relatietherapeut of seksuoloog niet tot schaamte leidt. Eerder tot trots. Het getuigt juist van kracht als je bereid bent om in te grijpen in je eigen leven en problemen aan te pakken. Het klinkt misschien gek voor iemand die op dat moment aan depressies leed, ik was steeds weer blij om naar zo’n sessie te gaan. Het zal te maken hebben met dat je voelt dat je aan je eigen beterschap werkt. Mijn behandelaar zei ook dat ik zo vooruitging omdat ik er zelf mijn best voor deed.”

Waarmee we onszelf complimenteren?

“Eigenlijk wel, maar het is wat het is. Mooier kunnen we het niet maken. Het is fijn dat we bij elkaar herkenning vinden. En misschien ben ik ook wel een beetje een dominee als ik zo praat, maar ook dat is een manier van verwerken”.

Eens…

Jan Weeber