Kijken is het nieuwe swipen

Op zoek naar een partner? Na de coronacrisis kan er weer veel op dat vlak. Mensen kunnen elkaar volop ontmoeten, zeker als het vaccinatietempo hoog blijft en een mogelijke vierde golf daardoor wordt afgewend. Er komen daarom hoogtijdagen aan voor de vele dating-apps die er zijn. Toch is niet iedereen even enthousiast over het gebruik daarvan. Het naar links of rechts swipen kent nogal wat nadelen. Zo ervaren velen deze apps als een vleeskeuring. Letterlijk worden op het eerste gezicht potentiële partners op hun foto goed- of afgekeurd. Ook kan men zich afvragen of iedereen zich wel eerlijk presenteert. Zijn wij niet allemaal een beetje ijdel en plaatsen we daarom enkel de meest gunstige foto van onszelf? En als we dan toch even iets verder kijken: zijn wij allemaal wel zo eerlijk en geduldig, kunnen we goed luisteren, hebben we wel zo’n interessant beroep, houden we van avontuurlijke vakanties, hebben we zoveel vrienden etc? Kortom: we zijn de meest ideale partner die iemand zich wensen kan? En hoe filteren we de avonturiers eruit, die enkel uit zijn op een avondje seks?

Nu heeft elke kwaliteit een prijs. Zo kun je gratis gebruik maken van bijvoorbeeld Tinder. Betaalde abonnementen van deze app (van 30 tot 165 euro voor een heel jaar) bieden meer functionaliteit en geven daardoor eerder kans op een contact. Serieuzer is bijvoorbeeld de app van Lexa. Je betaalt daar 25 euro per maand voor, maar die maandprijs wordt verlaagd, tot een tientje per maand, naarmate je langer bij Lexa een abonnement hebt lopen. Het lijkt misschien veel, maar staat in geen enkele verhouding tot de prijzen die relatiebureaus in de vorige eeuw vroegen voor hun diensten. Ondergetekende heeft de ervaring dat hij destijds ver over de 900 gulden voor een jaar heeft betaald, omgerekend een kleine 500 euro dus! Wie daar meer over weten wil kan terecht op deze blog: Het relatiebureau in de vorige eeuw.

Het is duidelijk: onze wereld is vergaand gedigitaliseerd. Het maakt dat de keuze reuze is, maar ook dat ons gedrag steeds onpersoonlijker is geworden. Heen en weer swipen staat niet op hetzelfde niveau als aan de bar, of op het sportveld, een interessant iemand aanspreken. De ander meteen ontmoeten, naar het stem- en woordgebruik luisteren, in de ogen kijken, argumenten ervaren, samen lachen of een serieus gesprek opzetten. Klinkt er een dialect dat erotiseert of is dat nou juist dat wat je niet wilt? De aankleding en verzorging, kan iemand luisteren of ratelt die maar door? Praat iemand vooral over zichzelf, of stelt die vragen aan jou? Kortom, je wordt overspoeld met eerste indrukken, die je op je telefoon kijkend niet opdoet. Wat ook uitblijft is dat ene verschijnsel, dat voorgevoel, die intuïtie: in veel gevallen weet je, bij een echte ontmoeting, het in enkele seconden of je iemand interessant vindt of niet. Daar kun je naar raden op je telefoon, in het echt ervaar je dat.

Kortom, er zou weer een manier moeten zijn om elkaar in real life aan te spreken en dan liefst met gereduceerde kans om een blauwtje te lopen. Eigenlijk net als vroeger, maar dan met een toegevoegde waarde. Kijken als het nieuwe swipen, zo bedacht het creatieve collectief De Krakers uit Tilburg. Je speldt een groene pin op, een rond speldje waarin een vergrootglas is afgebeeld, als teken dat je single en op zoek naar een partner bent. Zo’n pin is eenvoudig op finderdate.nl te bestellen, dit inclusief zogenaamde sjanskaarten (een soort visitekaartjes om je naam en 06-nummer te geven). Ga je op stap op weg naar een feestje, je bent aan het winkelen of druk in de weer op de sportschool of je vereniging, dan kan iedereen aan dat speldje zien dat je open staat voor een kennismaking. Aan iemands uiterlijk kun je zonder die pin immers niet zien of die bezet is. Maakt iemand contact met je, of doe je dat zelf, dan ben je meteen in gesprek. Net als vroeger dus. Zonder reclame, zonder dataspoor, zonder profielen die niet kloppen en zonder op algoritmen gebaseerde keuzes.

Tot zo ver de wervende tekst van Finder zelf. Zijn er kanttekeningen te plaatsen? Allereerst de naam: Finder is geen unieke naam. Gebruikers van het computermerk Apple kennen het als bestandsbeheerder in deze besturingssoftware. Stel dat het machtige concern deze merknaam als uniek bestempelt en dus als van hen claimt? Er bestaat zelfs een relaisfabriek, producent van bijvoorbeeld schakelklokken, onder de naam Finder Nederland. Kortom, het is afwachten hoe het staat met de rechten op deze productnaam. Een ander kritiekpunt is dat je jezelf het stigma “zu haben” geeft, door de pin op te spelden. Waar de één heel nuchter denkt dat het juist moedig is om te tonen dat je een partner zoekt, vraagt de ander zich af of je er niet alles “zielige alleenstaande of smachtende” opstaat. Finder zal daardoor een groep partnerzoekenden aanspreken, echter een ander deel zal er juist om die reden voor bedanken. Digitaal naar een partner zoeken kan bovendien wel degelijk het voordeel hebben, dat je maar niet zo door onbekenden –die jij niet ziet zitten- wordt benaderd. Eerst eens appen of bellen, voordat je iemand in het echt ziet en spreekt, kan soms heel verstandig en veilig zijn.

Concluderend is Finder iets voor een deel van het partner-zoekende publiek. Een extra mogelijkheid, naast alle andere, en kan als altijd leiden tot teleurstelling of juist succes. Waar Finder wel toe bijdraagt is dat elke ontmoeting kort gehouden kan worden. Het nodigt eigenlijk uit tot een speeddate. Is het gevoel niet goed, dan is definitief afscheid nemen van elkaar maar zo gebeurd. Maar loopt die eerste kennismaking vlot, vloeiend, is er werkelijke wederzijdse interesse, dan kan het speldje leiden tot een date, en nog eentje en wie weet een relatie. Puntje van aandacht hierin is dat een nieuw idee lanceren kinderspel is vergeleken bij het vermarkten van het product. Blijft het een lokaal initiatief, dan is het maar zo weer gedaan met Finder. De producent stelt daarop vrolijk dat het om een proef gaat en men er niet rijk van hoeft te worden.

Jan Weeber