De wachtende vrouw

Een van mijn favoriete momenten is wanneer ik alleen ergens zit om te schrijven. Naast het schrijven betekent het namelijk dat ik heel de dag omringt wordt door vreemdelingen. Mensen die ik niet ken.  Het is mijn talent om eindeloos naar mensen te kunnen kijken, een voortvloeisel uit mijn eindeloze nieuwsgierigheid. Ik wil mensen leren kennen. Hun verhalen horen. Dus waar het aan de ene kant zalig is om een hele dag naar mensen te kijken, kan het ook eindeloos frustrerend zijn om uiteindelijk niet alle puzzelstukjes te begrijpen.

Zo ook toen daar een vrouw aan het raam zat, met haar prachtige kleding, een zachte uitstraling. Ze intrigeerde me. Ze wachtte op iemand en ik kon niet anders dan met haar mee wachten. Dit komt overigens niet altijd ten gunste van mijn productiviteit.

Na een half uur wachtte ze nog steeds. De tijd sloop voorbij, voor haar en voor mij. Ze zag er niet uit als een vrouw die op zich liet wachten. Ze zag er uit als een zelfstandige vrouw. Een sterke, autonome vrouw. Maar ze werd ook niet onrustig of ongeduldig. Ik daarentegen begon het erg vervelend te vinden. Ze reikte nauwelijks naar haar telefoon, slechts een enkele keer, zonder verder contact op te nemen met iemand. Ik had inmiddels al minstens een tiental keren mijn telefoon erbij gepakt om te zien hoeveel tijd er al voorbij was.

Inmiddels waren er 49 minuten voorbij.

De vrouw kreeg een berichtje binnen. Ze ontspande en vroeg de bediening om een glas rode wijn en een glas water. Ik nam aan dat ze te horen had gekregen dat haar date er zo was. Haar glas wijn kwam, en ze glimlachte. Ze dronk haar water rustig op.

Bij 52 minuten kwam er een man naar haar toe lopen. Hij had een mooi licht grijs pak aan, waarschijnlijk op maat gemaakt. Een wit overhemd dat zijn gebronsde huid mooi liet uitkomen. En terwijl hij naar haar toe liep, voelde ik de vreugde die ook zij uitstraalde. Eindelijk was hij er.

De man reikte naar haar wang en ging zitten. De vrouw reikte naar haar wijn. En voordat er ook maar een woord gesproken werd gooide ze het glas rode wijn over zijn witte overhemd heen, stond op, glimlachte naar mij en liep weg.

Kennelijk was ze toch geen vrouw die zo lang op een man bleef wachten. Fijn dat dit stukje van mijn waarneming bleek te kloppen. Maar wie was deze man? En wat was hij van deze vrouw? Waarom wachtte ze op hem?  Waarom was dat glas rode wijn voor hem bestemd?